I heard it through the grapevine

Informatie geven in faillissement

Het lijkt een inkopper, maar zonder informatie kan een curator een faillissement niet afwikkelen. De failliet is daarom wettelijk verplicht om informatie aan de curator te verschaffen. Artikel 105 van de Faillissementswet bepaalt van oudsher dat de failliet ‘zo dikwijls dient te verschijnen‘ om informatie te verschaffen als de curator en rechter-commissaris nodig achten. Dit geldt niet alleen voor privé personen, maar ook voor bestuurders van rechtspersonen.

Per 1 juli 2017 is artikel 105 uitgebreid in het kader van de ‘Wet versterking positie curator’ en (lid 1) luidt nu:

‘De gefailleerde is verplicht de curator, de schuldeiserscommissie en de rechter-commissaris alle inlichtingen te verschaffen als dit van hem wordt verlangd, op de wijze als daarbij is bepaald. De gefailleerde licht de curator eigener beweging in over feiten en omstandigheden waarvan hij weet of behoort te weten dat deze voor de omvang, het beheer of de vereffening van de boedel van belang zijn.’

Heel modern zal dit niet in de oren klinken, maar vergeleken met de oude versie uit 1893 is dit klare taal. Nieuw is dit echter niet. Het is al jaren vaste rechtspraak dat de gefailleerde gevraagd én ongevraagd alle informatie dient te verschaffen die de curator nodig heeft. Wel echter zo fijn dat de failliet weet dat hij met goedvinden van de curator nu per e-mail vragen kan beantwoorden en niet steeds (uit de lamp) hoeft te verschijnen (poef!) voordat hij informatie verschaft.

Aan artikel 105 is nu ook toegevoegd dat de failliet de curator mee moet delen of hij buitenlandse bankrekeningen of onroerend goed heeft en verplicht is mee te werken aan het in de boedel krijgen van die buitenlandse goederen. Goed dat de failliet dat weet, maar ook dat was hij al verplicht.

Sommige faillieten zijn echter wat ‘vergeetachtig’ en melden bepaalde zaken niet. Over de redenen hiervoor durf ik mij niet uit te spreken, maar u kunt vast wel iets verzinnen. Het appeltje voor de dorst zal dan getraceerd moeten worden door grondig onderzoek, maar verborgen goederen worden ook wel eens ontdekt door puur toeval. Een mooi voorbeeld was de failliet die in een ander dorp was doorgestart in een loods naast die van de nieuwe vriend van onze office manager.

Wij krijgen ook informatie doordat relaties, werknemers of exen uit de school klappen. Deze informatie nemen we echter wel eerst met een korreltje zout. Soms valt er post op de mat, die de curator niet had mogen zien, maar dat wordt, net als de post zelf, minder. Soms worden wij ook anoniem getipt.

Voor de anonieme briefschrijvers die mogelijk deze blog lezen, een paar tips. Wees alstublieft zo specifiek mogelijk. Aan “hij heb een boot en een vakantiehuis” hebben we niet zo veel. Vermeld dan waar, lig- of staplaats, adres, type, kleur en welke plantjes er voor staan. Nog beter, stuur foto’s. En als er een buitenlandse bankrekening is, meld svp. de naam van de bank. Ik dank u alvast hartelijk voor uw medewerking.

Sinds een jaar of vijf woon ik ook in de stad waar ik werk. Ik ben ‘dorpscurator’ en dat heeft zijn voor- en nadelen. Zeker als regelmatige bezoeker van de horeca, hoor je nog wel eens wat. Met een biertje in de hand (ik laat in het midden wiens hand), is de drempel kennelijk lager om informatie te delen. Overigens hoor ik meestal niets rechtstreeks, maar sijpelt informatie via via door: “Zeg jij kent de curator toch? Zeg haar…

Ook hoor ik wel eens als een failliet of bestuurder in het openbaar gal over mij heeft gespuwd. De curator is dan vaak te duur, te stom en/of een bitch (de laatste is dan speciaal voor curatoren op hakken). Dat was in het begin confronterend na de anonimiteit van de grote stad. Maar dat hoort er ook bij. Ik ben er niet om ego’s te strelen, maar om een klus te klaren.

Het is dus een kat en muisspel tussen de curator en de kwaadwillende failliet. De wet kent weliswaar de mogelijkheid van gijzeling om informatie af te dwingen, maar eerst moet de curator voldoende aannemelijk maken dat iets achter gehouden wordt. Anders zal de rechtbank de gijzeling niet bevelen.

De belastingdienst is ook een belangrijke informatiebron voor de curator, maar vaak worden verborgen bezittingen ook al jaren voor de fiscus verborgen gehouden. In sommige landen zijn registers, zoals het kadaster, ook niet openbaar of wordt informatie alleen verschaft nadat de gefailleerde is geïnformeerd (en dat was juist niet de bedoeling, want dan is het foetsie).

Het is ook strafbaar om informatie voor de curator achter te houden, maar de afschrikkende werking dat hiervan uitgaat is naar mijn mening vrijwel nul. Het dreigt een repeterend verhaal te worden, maar zonder extra middelen en actief beleid bij justitie, worden deze zaken gewoonweg niet vervolgd. De curator voelt zich nog niet erg versterkt. Intussen zal ik voor informatie dus mijn oor te luister moeten blijven leggen bij de wijnstokken…

Foto: @2017 M.M.E. Bowmer

 

© 2017 – 2018, MariaB. All rights reserved.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *